Beroep op het vmbo

Beroep op het vmbo

Renée van Schoonhoven Frank Studulski | 2011 | 9789088501883

Omschrijving

De beroepskolom lijkt op papier een route van de TGV: herkenbaar, effectief en glinsterend in het landschap. Maar hoe verloopt dat in werkelijkheid? Leerlingen in het vmbo moeten op vrij jonge leeftijd al kiezen voor een sector of een afdeling. Er is maar een klein deel van de leerlingen op het vmbo dat precies weet wat het wil. Uit loopbaananalyses blijkt ook dat driekwart van de leerlingen bij aankomst op het mbo al een keer is gewisseld, geswitched of veranderd van opleiding. Daarbij komt dat leerlingen vaak nog helemaal niet zo bezig zijn met hun beroep, ambities of de toekomst. Dat maakt het voor decanen en mentoren moeilijk om loopbaanoriëntatie en -begeleiding goed vorm te geven. Toch is dat de nieuwe opgave: hoe geven we loopbaanoriëntatie en -begeleiding een nieuwe impuls: hoe krijgen we de jongeren op de goede plek?
Over deze vraagstukken gaat dit boek. Aan de hand van onderzoek en literatuur beschrijven de auteurs diverse aspecten van de loopbaan en de loopbaankeuzes. Experts leveren een belangrijke bijdrage aan de bundel door het verwoorden van hun visie op loopbaan oriëntatie en -begeleiding en van hun praktijkervaringen.

Beroep op het VMBO (Complete uitgave)

Beroep op het VMBO (Complete uitgave)

De beroepskolom lijkt op papier een route van de TGV: herkenbaar, effectief en glinsterend in het landschap. Maar hoe verloopt dat in werkelijkheid? Leerlingen in het vmbo moeten op vrij jonge leeftijd al kiezen voor een sector of een afdeling. Er is maar een klein deel van de leerlingen op het vmbo dat precies weet wat het wil. Uit loopbaananalyses blijkt ook dat driekwart van de leerlingen bij aankomst op het mbo al een keer is gewisseld, geswitched of veranderd van opleiding. Daarbij komt dat leerlingen vaak nog helemaal niet zo bezig zijn met hun beroep, ambities of de toekomst. Dat maakt het voor decanen en mentoren moeilijk om loopbaanoriëntatie en -begeleiding goed vorm te geven. Toch is dat de nieuwe opgave: hoe geven we loopbaanoriëntatie en -begeleiding een nieuwe impuls: hoe krijgen we de jongeren op de goede plek?
Over deze vraagstukken gaat dit boek. Aan de hand van onderzoek en literatuur beschrijven de auteurs diverse aspecten van de loopbaan en de loopbaankeuzes. Experts leveren een belangrijke bijdrage aan de bundel door het verwoorden van hun visie op loopbaan oriëntatie en -begeleiding en van hun praktijkervaringen.

Meer info
4,90
Hoofdstuk 1 - Introductie

Hoofdstuk 1 - Introductie

Wat is er mooier dan dat een leerling al op dertienjarige leeftijd zeker weet dat hij banketbakker wil worden. Dat hij daarna in de consumptieve richting zijn vmbo-diploma haalt en aansluitend op het roc verder studeert voor banketbakker. En dat hij daarna al snel aan het werk gaat en bovendien enkele jaren daarna ook nog de prijs wint van de beste bakker van Nederland! Dat is een loopbaan door het onderwijs en op de markt van arbeid en onderneming waar je als leraar van kunt dromen.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 2 - De structuur van het vmbo

Hoofdstuk 2 - De structuur van het vmbo

In het voortgezet onderwijs krijgen de leerlingen verschillende keuzen ten aanzien van hun onderwijsloopbaan voorgeschoteld. Ze komen op kruisingen terecht en moeten kiezen, bijvoorbeeld tussen onderbouw en bovenbouw. Gaan ze linksaf, rechtsaf of rechtdoor? Zoals we nog zullen bespreken is het voor leerlingen niet zo eenvoudig keuzen te maken. Juist daarom is loopbaanoriëntatie en -begeleiding belangrijk. Het geeft de leerling een kompas mee om te bepalen welke richting voor hem of haar het meest passend is.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 3 - De doorstroom van vmbo naar mbo

Hoofdstuk 3 - De doorstroom van vmbo naar mbo

Leerlingen vinden hun weg in het vmbo, halen een diploma en stromen daarna door naar het mbo. Dat gebeurt in toenemende mate met minder voortijdig schoolverlaten (vsv). In paragraaf 3.1 gaan we in op de doorstroompatronen van vmbo naar mbo. We doen dat aan de hand van doorstroomcijfers en percentages op landelijk niveau. Deze ‘macrocijfers’ maken goed inzichtelijk hoe de doorstroom vanuit het voortgezet onderwijs naar vervolgonderwijs verloopt. De cijfers laten niet zien hoe veel en vaak leerlingen gedurende hun vmbo-schooltijd switchen van keuze. Daarom bespreken we in paragraaf 3.2 aan de hand van enkele voorbeelden hoe dat switchgedrag er op microniveau uitziet. Het wisselen van onderwijsloopbaan maakt het er voor de mbodocenten niet eenvoudiger op: aan het begin van een nieuw schooljaar bestaan nieuwe groepen vaak uit leerlingen met een zeer diverse onderwijsachtergrond. In paragraaf 3.3 tonen we aan wat die diversiteit kan inhouden.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 4 - De leerling en zijn keuzen

Hoofdstuk 4 - De leerling en zijn keuzen

In het vorige hoofdstuk hebben we gezien dat steeds meer leerlingen doorstromen van het vmbo naar het mbo en dat het voortijdig schoolverlaten daalt. We zagen ook dat gegeven deze macrocijfers de individuele onderwijsloopbanen zeer divers zijn. Leerlingen switchen van school, van sector, van leerweg en/of beroepsgericht vak. Vaker niet dan wel vertonen de onderwijsloopbanen van instromers in mbo-opleidingen een stabiel patroon. Dat maakt het afstemmen van het onderwijs op onderwijsdeelnemers in het mbo een lastige onderneming. Des te zwaarder weegt de motivatie en onderbouwing van de leerling voor zijn of haar keuze voor een (voor)opleiding. Om die reden staan we in dit hoofdstuk stil bij de vraag wat de vmbo-leerling kenmerkt en op welke gronden hij of zij keuzen maakt over zijn onderwijsloopbaan.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 5 - De ontwikkeling van loopbaanoriëntatie en -begeleiding

Hoofdstuk 5 - De ontwikkeling van loopbaanoriëntatie en -begeleiding

In dit hoofdstuk staat loopbaanoriëntatie en -begeleiding centraal. Het heeft een rappe ontwikkeling doorgemaakt, waarbij studiekeuzevoorlichting steeds meer ruimte maakt voor begeleiding, vooral in de beroepskolom. Toch is loopbaanoriëntatie en -begeleiding in zijn wezen nog een verschijnsel met verschillende gezichten.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 6 - De rol van de decaan

Hoofdstuk 6 - De rol van de decaan

Tot nu toe hebben we gesproken over de structuur van het beroepsonderwijs, de beroepskolom en de keuzes die leerlingen maken in hun loopbaan. Maar de centrale figuur voor loopbaanoriëntatie en -begeleiding is natuurlijk de decaan. Dit hoofdstuk is gebaseerd op een gesprek met Jeroen Ongering, decaan bij ROC Aventus, Deventer, namens de Nederlandse Vereniging van Schooldecanen en de Nederlandse Vereniging van Leerlingbegeleiding (NVS-NVL). Tevens is een bijdrage opgenomen van Teus Beijer, vice-voorzitter van de sectie vmbo/mbo van de NVSNVL. Allereerst geeft de heer Ongering ons een beeld van het beleid ten aanzien van loopbaanoriëntatie en -begeleiding bij het roc. In het tweede deel overziet hij ook de inspanningen van scholen die leerlingen aanleveren bij het roc.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 7 - Vanuit motivatie naar informatie (en niet andersom)

Hoofdstuk 7 - Vanuit motivatie naar informatie (en niet andersom)

In de veelgeprezen film ‘Entre les Murs’ van Laurent Cantet uit 2008, over een Franse school voor voortgezet onderwijs, stelt een leerlinge haar docent François de vraag: ‘Waarom moet ik dit allemaal leren?’ François antwoordt: ‘Omdat het nu eenmaal moet!’ Het is een klein, ontluisterend moment – de leraar weet het even niet meer. Hij is de gedachte kwijt, dat in zijn klas kinderen werken aan hun toekomst. Het voortgezet onderwijs is er om leerlingen tijdens een turbulente levensfase kennis en vaardigheden bij te brengen. Maar kan tegelijk niet om de vragen heen waarmee iedere puber worstelt: wie ben ik, wat kan ik, wat wil ik? Het zijn vragen die indirect het ‘waarom’ beantwoorden en bij uitstek kunnen worden opgepakt via loopbaanoriëntatie en -begeleiding. Met deze oriëntatie en begeleiding kun je er als leerling achterkomen waarom je doet, wat je doet. Je leert ontdekken wat je motiveert, doordat je leert informatie en ervaringen te interpreteren en te analyseren. En je leert kiezen.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 8 - Een praktijkvoorbeeld: het Johan de Witt College

Hoofdstuk 8 - Een praktijkvoorbeeld: het Johan de Witt College

Dat scholen aandacht hebben voor de loopbaan van leerlingen is geen nieuws. Natuurlijk is elke goede school bezig om met elke leerling zo veel mogelijk te leren. Wat bijzonder is in de Johan de Witt Scholengroep is dat gewerkt wordt aan een schoolbrede systematiek die alle betrokkenen helpt om daaraan te werken.

Meer info
3,90
Hoofdstuk 9 - De leerling en zijn onderwijsloopbaan

Hoofdstuk 9 - De leerling en zijn onderwijsloopbaan

Er gaan veel middelen verloren aan onjuiste opleidingskeuzes en wisselen van opleiding. Voor een deel is het niet te voorkomen omdat loopbaanoriëntatie als een transformatieproces moet worden gezien, waarin wel eens een misstap wordt gezet. Een misstap die voor sommige leerlingen ook wel eens functioneel kan zijn. Uit de analyse van de onderwijsloopbanen bleek dat van de leerlingen die op het mbo aankomen maar 25% een rechtstreekse - ‘Koninklijke’ - route heeft doorlopen, zonder tussentijdse wisselingen. Er is dus nog flink werk aan de winkel voor begeleidingsprocessen en de oriëntatie. Dat is niet op te lossen door enkel meer informatie aan de leerling voor te leggen. 

Meer info
3,90