PIP 50 - 2009

PIP 50 - 2009

2009

Omschrijving

Developmental Coordination Disorder (motorische ontwikkelingsstoornis)

Developmental Coordination Disorder (motorische ontwikkelingsstoornis)

Veters strikken, aankleden, stoel aanschuiven, tandenpoetsen, schrijven, met mes en vork eten. Sommige kinderen leren deze alledaagse vaardigheden slechts met de grootste moeite. En dan gaat het nog vaak mis. Naar schatting vijf tot tien procent van de kinderen in Nederland lijdt aan een Developmental Coördination Disorder (DCD). Makke Vollenhoven laat zien wat zo’n motorische ontwikkelingsstoornis betekent voor het dagelijks leven van deze kinderen en hoe we daar beter mee kunnen omgaan.

Er bestaat geen standaard DCDkind en al helemaal geen standaard-aanpak. Ieder kind met DCD heeft een andere combinatie van DCD-kenmerken. Het is daarom van belang dat de omgeving samen met het kind zoekt naar dat eigen profiel. Het kind zelf is hierin de grote deskundige die vat moet gaan krijgen op belemmerende en bevorderende factoren. Dat is een proces dat tijd kost en waarbij opvoeders een helpende hand kunnen bieden. Omdat de handicap nog onbekend is moet er in de omgeving goede informatie gegeven worden over DCD, waardoor er begrip kan ontstaan voor de problemen. Daarnaast is het nodig om positieve en zorgvuldig geformuleerde feedback te geven, zodat het kind een realistisch zelfbeeld kan opbouwen.

 

Meer info
3,90
Filosoferen met kinderen

Filosoferen met kinderen

Om met kinderen te kunnen filosoferen is ruimte nodig om samen te denken. Die denkruimte is niet altijd gegeven, maar moet worden geschapen. Naar aanleiding van een filosofieproject op de Rotterdamse Bloemhofschool beschrijft Wouter Pols wat het scheppen van die ruimte van kinderen en gespreksleiders vraagt: een open opstelling, een vragende instelling, denkmiddelen en regels. Maar het belangrijkste is wel dat kinderen niet alleen gehoord willen worden, maar naar elkaar
leren luisteren en hun denken op elkaar afstemmen.
Meer info
3,90
Meester-gezelsysteem binnen jeugdzorg

Meester-gezelsysteem binnen jeugdzorg

In het juninummer van PiP Magazine wees jeugdzorgbestuurder Maarten Faas op een zevental knelpunten die in zijn ogen ten grondslag liggen aan de stagnerende hulp aan jeugdigen en ouders.
Volgens ouderbegeleidingsdeskundige Alice van der Pas draait hij met zijn probleemanalyse en verbetertrajecten om de hete brij heen: de verschraling van het uitvoerende werk. Zij stelt een totaal andere oplossing voor: restauratie van het aloude meester-gezelsysteem voor uitvoerende werkers. ‘Met spoed. Het veld snakt ernaar!’, aldus Van der Pas.
Meer info
3,90
Omgang school met ongeneeslijk zieke kinderen

Omgang school met ongeneeslijk zieke kinderen

In Nederland zijn enkele duizenden kinderen en jongeren ernstig ziek zonder zicht op genezing. Kinderen met orgaanaandoeningen, stofwisselingsziekten, kanker en spierziekten. Sommigen hebben een zeer korte levensverwachting. Ondanks een beperkt toekomstperspectief staan zij vaak volop in het leven en gaan ze zo veel mogelijk naar school. Tanja van Roosmalen schreef een hulpboek voor scholen die te maken krijgen met leerlingen die niet meer beter worden. Hoe kun je leven toevoegen aan de dagen van een leerling, als er geen dagen meer toe te voegen zijn aan het leven?
Meer info
3,90
Psychomotorische therapie bij jongeren met gedragsproblemen

Psychomotorische therapie bij jongeren met gedragsproblemen

Veel jongeren met gedragsproblemen verlaten het onderwijs doordat ze op school niet meer
te handhaven waren. Maar als zij op school agressief gedrag vertonen, waarom worden hun
problemen daar dan niet aangepakt? Janne Bless onderzocht de mogelijkheden van psychomotorische therapie, waardoor jongeren leren omgaan met frustratie en agressie.
Kan het aanbieden van deze therapie binnen het vmbo bijdragen aan een vermindering van
de gedragsproblemen en een verbetering van de onderwijskansen van deze leerlingen?
Meer info
3,90