Actuele visies op jeugdcriminaliteit

Actuele visies op jeugdcriminaliteit

Productgroep Opvoeding als spiegel van de beschaving
3,90
Abonneeprijs: € 1,56

Omschrijving

Er zijn veel verschillende visies op jeugdcriminaliteit afhankelijk van de discipline waartoe theoretici en onderzoekers behoren. Zo hebben psychiaters, psychologen, sociologen en genetici zich gebogen over mogelijke oorzaken van jeugdcriminaliteit en elk van hen legt andere accenten op verklaringen van crimineel gedrag.

In dit verband is het jammer dat de meeste criminologen in het algemeen weinig oog hebben voor de bijdragen van andere disciplines dan waartoe zij zelf behoren. Dit is des te meer betreurenswaardig omdat jeugdcriminaliteit complex sociaal gedrag is dat veel verschillende oorzaken en omstandigheden kent. Pogingen om tot een zekere synthese te komen van theorieën over jeugdcriminaliteit hebben tot nu toe weinig opgeleverd, hoewel er de laatste tijd door enkele vooraanstaande criminologen10 wel toenadering tot elkaar gezocht wordt.

In dit hoofdstuk zal de nadruk vallen op verschillende invalshoeken van criminologen waarvan de meeste oorspronkelijk socioloog zijn. Waar nodig haal ik echter ook andere disciplines aan zoals die van de psychologie: de psychologen David Farrington en Rolf Loeber hebben veel bijgedragen aan een beter begrip van de aard en ontwikkeling van jonge kinderen tot delinquent gedrag.

Tot slot zal ik kort ingaan op de implicaties van de criminologische theorievorming voor het jeugdstrafrecht, zoals dit zich de laatste 25 jaar heeft ontwikkeld.

De sociale-controletheorie
Ik begin met de theorie van sociale controle, een van de meest invloedrijke theorieën. Deze is al wat ouder maar heeft nog steeds zeer grote invloed, zowel op onderzoekers als op het criminaliteitsbeleid.

De sociale-controletheorie is in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw ontwikkeld. De theorie is vervolgens gesystematiseerd door Travis Hirschi (1969) en later aanzienlijk uitgebreid (Sampson & Laub, 1993; Sampson, Raudenbusch & Earls, 1997; Sampson, Morenoff & Earls, 1999; Wikström, 1998).