Leven met andermans kind als stiefouder

Leven met andermans kind als stiefouder

Productgroep Ouderschapskennis 2011-3
Lieve Cottyn | 2011
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

Als stiefouder ontkom je er niet aan om dingen te doen met de kinderen van je partner door het simpele gegeven datje samen onder hetzelfde dak leeft. Die dingen die je als stiefouder doet met en voor andermans kind kan de vorm van opvoeding krijgen. Zoiets brengt iemand in een positie of een rol die lijkt op die van een ouder. Een stiefouder heeft een positie waarin iemand soms ook naar eigen inzichten zal moeten handelen en niet altijd kan volstaan met uit te voeren wat de ouder vindt. Zo kan een stiefouder als vanzelf in de ouderrol worden gedwongen omdat zij of hij nu eenmaal dagelijks met een kind verkeert. Het punt dat ik hier wil beklemtonen, is dat het net deze spontane gang van zaken en vanzelfsprekende verwachting is die conflict, spanning en emotioneel leed teweeg brengt, bij zowel volwassenen als kinderen in een nieuw samengesteld gezin. Dingen doen die ouders ook doen, betekent immers nog niet datje een ouder bent, een ouder kunt zijn of je als een ouder voelt. Het is niet omdat je als ouder wordt aangesproken datje een ouder wordt. Het is ingewikkelder dan dat. Op de werkvloer van nieuw samengestelde gezinnen kom je een wirwar aan praktijken tegen. De meeste stiefouders ondervinden weinig of geen spanning of last en voelen zich als een zorgouder of als een mee-ouder. Deze stiefouders melden zich niet aan bij hulpverleningsdiensten. Als een stiefouder zich als een ouder voelt, is dat het resultaat van vele gelijkgestemde onderhandelingen met de omgeving over de rol van de stiefouder. Het is niet het resultaat van een individuele wilsbeslissing maar van wederzijdse beïnvloedingen en afstemmingsprocessen. Velen bepalen mee wie en wat een stiefouder kan zijn en betekenen voor het kind van een ander. De positionering van een stiefouder als een niet-ouder creëert ruimte voor de ambivalentie die wordt ervaren. De beklemtoning van niet-ouder zijn geeft woorden aan de beklemming die een stiefouder voelt als je steeds op je handen moet zitten gegeven het feit datje die handen uit de mouwen moet steken omdat je nu eenmaal als volwassene samenleeft met een kind. In mijn werk met nieuw samengestelde gezinnen heb ik ervaren dat als de grenzen van stiefouderschap helder gesteld worden hiermee ook de mogelijkheden zichtbaar worden.