Het primair onderwijs in Den Haag past niet langer bij de samenleving van vandaag. In dit traject stelden de deelnemers vast dat het onderwijssysteem vastloopt: een strakke mal gericht op cognitieve prestatie sluit niet meer aan bij de diversiteit, complexiteit en sociale uitdagingen in de stad. De mismatch tussen onderwijssysteem en samenleving is duidelijk voelbaar: bij kinderen, ouders en onderwijsprofessionals. Er is behoefte aan fundamentele verandering. We moeten af van de mal en naar een toekomstgerichte ontwikkelgemeenschap waarin kinderen niet alleen leren maar ook groeien, spelen en ontdekken, waarin formele en informele partners samen verantwoordelijkheid nemen en waar ruimte is voor verschillen.
Deze agenda is tot stand gekomen op basis van de transitie-arena primair onderwijs Den Haag waarin 25 deelnemers, afkomstig uit het Haagse onderwijsveld, van leerkracht tot bestuurder, van pabo tot kinderopvang, van innovator tot ambtenaar, samen het gesprek aangingen. In vier bijeenkomsten, begeleid door DRIFT, zijn de knelpunten in het huidige systeem in kaart gebracht, is gezocht naar een gedragen toekomstbeeld en zijn routes verkend om daar te komen.
Het toekomstbeeld dat centraal staat in de agenda is die van de ontwikkelgemeenschap. In deze toekomst werkt de school samen met een breed netwerk, van gezin tot buurt of welzijnsorganisaties, aan de ontwikkeling van het kind. In dit toekomstbeeld is leren belangrijker dan presteren, staan nieuwsgierigheid en welzijn weer centraal, en worden investeringen gemaakt in functie van gelijke kansen. Dit toekomstbeeld vraagt om een fundamenteel andere manier van denken, doen en organiseren in de sector.
Den Haag telt al veel initiatieven die hard werken om dit toekomstbeeld te realiseren. Denk aan scholen als de Springbok, waar ouderbetrokkenheid en de omarming van diversiteit, centraal staan, of de Wijkaanpak Laak, waarin scholen en partners samenwerken aan het personeelstekort en het versterken van de wijk. Toch ondervinden deze initiatieven veel weerstand vanuit het dominante onderwijssysteem. Voorbeelden hiervan zijn de logge administratieve lasten om verantwoording af te leggen voor subsidies, de overwaardering van cognitieve toetsresultaten in leerplannen en de vroege selectie van leerlingen waardoor kinderen al vanaf jonge leeftijd geconfronteerd worden met de Nederlandse prestatiecultuur. Hierdoor raken vernieuwende praktijken vaak gefragmenteerd, is het lastiger om ze structureel en breed in te zetten en zijn ze kwetsbaar in tijden van crisis.
Deze agenda presenteert een actie-agenda langs zes actielijnen. Deze lijnen richten zich op het versterken van initiatieven in de praktijk, het richting geven aan en verankeren van nieuwe praktijken, het beïnvloeden van wet- en regelgeving en het werken aan nieuwe taal en beelden. Van naschoolse wijkactiviteiten en het herwaarderen van praktijkgericht onderwijs tot systeeminterventies in financiering en toezicht: de agenda biedt handvaten voor structurele en rechtvaardige verandering!
De agenda is bedoeld voor iedereen die wil bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen in Den Haag: van scholen tot schoolbesturen, van kinderopvangorganisaties tot maatschappelijke partners, van ouders tot beleidsmakers. Dit stuk is een uitnodiging tot samenwerking en collectieve actie om de transitie, die duidelijk al in gang is gezet, te vieren, verdiepen, verbreden en versnellen!