De doorgaande leeslijn : de leesontwikkeling van 0 tot 20 jaar

De doorgaande leeslijn : de leesontwikkeling van 0 tot 20 jaar

Gratis

Omschrijving

Vijftien jaar na het verschijnen van De doorgaande leeslijn (2005) brengt Stichting Lezen een geactualiseerde versie uit. Het voorliggende rapport beschrijft op basis van recente wetenschappelijke inzichten de leesontwikkeling van kinderen en jongeren en de stimulerende of remmende factoren hierbij. We schetsen in deze nieuwe doorgaande leeslijn het fundament onder een effectieve aanpak om kinderen en
jongeren te laten uitgroeien tot gemotiveerde, leesvaardige en literair competente volwassenen.

In dit rapport beschrijven we hoe kinderen willen, kunnen en blijven lezen.
Hoofdstuk 1 beschrijft algemene uitgangspunten voor alle leeftijdsgroepen. We starten met een beschrijving van de motor achter (door)lezen: leesmotivatie en betrokkenheid bij teksten
(paragraaf 1.1). In paragraaf 1.2 belichten we sleutelmomenten in de leesontwikkeling waarop kinderen een extra steuntje in de rug kunnen gebruiken om hun leesmotivatie te behouden en
voor hun plezier te blijven lezen. Tot slot gaan we in op de invloed van de leesomgeving, het aanbod van boeken en teksten en de inbreng van volwassenen en leeftijdsgenoten (paragraaf
1.3). In deze paragraaf verduidelijken we ook het verschil tussen online en offline lezen.


In de hierop volgende hoofdstukken zoomen we in op de verschillende leeftijdsfases: 0 tot 6 jaar (hoofdstuk 2), 6 tot 12 jaar (hoofdstuk 3) en 12 tot 20 jaar (hoofdstuk 4). We beschrijven per
leeftijdsgroep de ontwikkeling van geletterdheid, de leesvoorkeuren en de invloed van de leesomgeving en geven handreikingen voor effectieve leesbevordering. In het afsluitende
hoofdstuk staan de belangrijkste implicaties voor leesbevorderaars (hoofdstuk 5).


In bijlage 1 staat informatie over de programma’s BoekStart en de Bibliotheek op school, in bijlage 2 staan alle belangrijke begrippen onder elkaar en in bijlage 3 en 4 worden een overzicht
gegeven van de tussendoelen en referentieniveaus.