Gehechtheid en godsbeeld bij kleuters

Gehechtheid en godsbeeld bij kleuters

Productgroep Gezin, morele opvoeding en antisociaal gedrag
3,90
Abonneeprijs: € 1,56

Omschrijving

In het onderzoek naar waardenopvoeding (morele en levensbeschouwelijke opvoeding) neemt het ontwikkelingspsychologisch perspectief sinds jaar en dag terecht een belangrijke plaats in. Opvallend is echter dat er nauwelijks empirisch onderzoek wordt verricht naar de levensbeschouwelijke opvoeding en ontwikkeling van jonge kinderen. In dit hoofdstuk staat de beschrijving centraal van een theoretisch model dat inzicht kan geven in het ontstaansproces van verschil in valentie van Godsbeelden bij kleuters in zowel de gezinssetting als de schoolse situatie. Het model is gebaseerd op theoretische reconstructie men steunt tevens op een analyse van verrichte empirische studies. Het  objecttheoretische kader wordt gevormd door de gehechtheidstheorie. In het model wordt verondersteld dat een kind in een hechtingsrelatie met zijn verzorgers beelden vormt over zich zelf en zijn verzorgers en dat deze beelden toekomstige beelden van en gedrag ten opzichte van anderen zullen beïnvloeden. Hieronder vallen ook Godsbeelden. Een onderzoeksvraag is in hoeverre kinderen met verschillende gehechtheidsrelaties verschillen in de valentie van Godsbeelden en of de invloed van gehechtheid op het godsbeeld via het zelfbeeld en het beeld van verzorgers werkt. De hypothese is dat beelden die kinderen van zichzelf en van hun verzorgers hebben rechtstreeks worden overgedragen op God. Verondersteld wordt dat veilig gehechte kinderen een positiever, liefdevoller beeld ontwikkelen van God dan onveilig gehechte kinderen omdat ze in hun hechtingsrelatie een positiever zelfbeeld en beeld van hun verzorgers hebben ontwikkeld.