Wat maakt dat meisjes zich verpanden aan loverboys, en wat valt daartegen te doen? We moeten ons meer concentreren op preventie, betoogt Lian van den Berg, en daarbij beseffen dat ook loverboys zelf vaak slachtoffer zijn van misbruik en verwaarlozing in hun jeugd. Zij verdiepte zich als pedagogiekstudent in deze problematiek omdat ze er als jeugdzorgwerker op stuitte, bijvoorbeeld bij Rosa, een van haar cliënten op een zorgboerderij.
Het verhaal van Rosa – dit is niet haar echte naam – maakte diepe indruk op mij. Ik besefte dat ik, waarschijnlijk net als vele anderen, nauwelijks bekend was met de omvang van de loverboyproblematiek. Als pedagoog in opleiding ging ik er ook over nadenken wat een loverboy meegemaakt moet hebben om seksuele misdrijven te plegen. Na wat deskresearch kwam ik erachter dat zij op hun beurt ook vaak slachtoffers zijn. Loverboys worden gezien als de slechteriken in het verhaal en als hulpverleners richten we ons alleen op hun slachtoffers. Oftewel we dweilen met de kraan open. Vandaar mijn stelling: ‘Hulp voor slachtoffers is vaak al te laat: er moet meer hulp komen voor preventie van de problematiek.’
De prins op het witte paard
De term ‘loverboy’ bestaat nog niet zo lang. In 1995 werden vier mannen van Marokkaanse afkomst aangehouden die jonge meisjes hadden geworven om voor hen in de prostitutie te werken (Bovenkerk, 2006). De zaak trok de aandacht omdat sommige meisjes nog erg verliefd waren op hun prins op het witte paard. Zij stonden met spandoeken met de tekst ‘Laat onze lieffies vrij’ buiten het gerechtsgebouw in Utrecht, toen de mannen werden veroordeeld. In die tijd werden zulke mannen nog pooiers genoemd, maar hulpverleners gaven aan dat als je de mannen zo zou noemen in het bijzijn van de meisjes, je het contact met de meiden zou verliezen. Hulpverleners noemen ze sindsdien ‘loverboys’ en zo raakte deze term in zwang. Tegenwoordig bestaat er een stereotiep beeld van loverboys, namelijk dat het vaak allochtone jongens zijn met een goed praatje en veel geld. Grotendeels klopt dit ook wel (Hemkes, 2010); loverboys zijn vaak charmante jonge mannen (of vrouwen op zoek naar ‘vriendinnen’) met een vlotte babbel die jonge kwetsbare meiden in de prostitutie proberen te krijgen. Ze zorgen ervoor dat de meiden verliefd op hen worden, zodat ze alles voor hen willen doen. Terwijl de loverboy alleen aan zichzelf denkt en veel geld verdient, laat hij het meisje werken voor ‘hun toekomst’.
Volgens cijfers van het Rode Kruis zouden er per jaar gemiddeld 1300 meisjes van middelbare schoolleeftijd slachtoff er zijn van deze loverboyproblematiek (Verhaal in Cijfers, z.d.). Dat zijn in Nederland gemiddeld twee meisjes per middelbare school.