Tijd is niet neutraal

Tijd is niet neutraal

Productgroep TSO Magazine 2025
Gratis

Omschrijving

In het onderwijs draait veel om tijd. Lesroosters, toetsweken, deadlines en oudergesprekken; alles is strak gepland en georganiseerd. Tijd is de structuur waarbinnen we leren, begeleiden en beoordelen. Maar wat als die tijd niet voor iedereen hetzelfde voelt? Wat als onze kloktijd niet universeel is, maar slechts één manier om tijd te beleven?

Voor leerlingen en studenten die leven met trauma, of die afkomstig zijn uit andere culturele contexten, kan tijd een heel andere betekenis hebben. Trauma kan het verleden naar het heden trekken, de toekomst onvoorspelbaar maken en het heden versnipperen. En culturele verschillen in tijdsbeleving kunnen leiden tot misverstanden, frustratie of uitsluiting, juist in een omgeving die bedoeld is om te ondersteunen\ en te laten groeien.

Culturele tijdsopvattingen in de klas
In Nederland zijn we gewend aan een lineaire tijdsopvatting: tijd beweegt van verleden naar toekomst, met duidelijke doelen en strakke schema’s. Punctualiteit is een teken van respect. Maar in veel culturen is tijd cyclisch of flexibel. Tijd wordt gedeeld, aangepast aan het moment en aan de mensen die er zijn. Een gesprek afmaken is belangrijker dan op tijd zijn. Een afspraak is een intentie, geen absolute grens. 
Voor onderwijsprofessionals betekent dit dat we gedrag niet altijd moeten beoordelen vanuit onze eigen tijdsbeleving. Een leerling die te laat komt, een ouder die lang blijft napraten, een student die worstelt met deadlines, het zijn signalen die kunnen vragen om een bredere blik.

Trauma en de vervorming van tijd
Trauma verandert de manier waarop mensen tijd ervaren. Het verleden kan zich opdringen aan het heden via herbelevingen of flashbacks. De toekomst kan bedreigend voelen, waardoor plannen en vooruitkijken moeilijk wordt. En het heden kan ongrijpbaar zijn door dissociatie, stress of overprikkeling. In een veilige toestand is tijd overzichtelijk. Maar in een overlevingsmodus vervaagt het besef van tijd. Iemand die afspraken vergeet, steeds te laat komt of ‘niet aanwezig’ lijkt, doet dat niet per se uit onwil. Het kan een uiting zijn van een zenuwstelsel dat in alarmstand staat.

Wat als dit samenkomt?
Een mentor vertelt over een leerling uit Eritrea die vaak te laat komt en nauwelijks reageert in de klas. De eerste reflex is om dit te zien als desinteresse of gebrek aan motivatie. Maar bij nader inzien blijkt dat de leerling thuis verantwoordelijk is voor de zorg voor zijn jongere broertjes en zusjes. In zijn cultuur is familiezorg een vanzelfsprekend onderdeel van het dagelijks leven – belangrijker dan stiptheid. Tegelijkertijd heeft hij een vluchtverhaal achter zich, met verlies en onzekerheid. De stress van het verleden maakt het moeilijk om zich te concentreren, en de toekomst voelt onvoorspelbaar.
Door te kijken met een culturele bril én een traumabril, verandert het perspectief. De leerling is niet ‘ongeïnteresseerd’, maar overbelast. Niet ‘onbetrouwbaar’, maar zoekend naar veiligheid en houvast. Dit inzicht leidt tot een andere aanpak: flexibele deadlines, meer ruimte voor rustmomenten, en gesprekken waarin vertrouwen wordt opgebouwd.